De Kruper

Geitenstal “De Kruper”.

Geschiedenis.

Onze geitenboerderij “De Kruper” (familie van der Meer uit Haarle) bestaat sinds 1990. Hoewel alle stamboekrassen gehouden zijn in Haarle, fokten we de eerste 17 jaar vooral met de Nederlandse witte geit. Er waren successen en teleurstellingen en van het laatste kon vaak het meest geleerd worden. Jarenlang deden we enthousiast mee aan gecontroleerde melkproductiemeting en exterieurkeuringen met onze Nederlandse witte geiten. Onze mooiste exterieurgeit was Krupers Tjitske 22. Bij stamboekopname op 2-jarige leeftijd kreeg ze een uitmuntend exterieurrapport met een Algemeen Voorkomen van 91 punten met 92 punten voor Type, 92 voor Ontwikkeling, 91 voor Beenwerk en 90 voor Uier.

Krupers Tjitske 22 als 1-jarige geit

De Boergeiten.

Sinds eind 2006 houden we de Nederlandse Boergeit. Onze interesse werd in november 2003 gewekt door een bezoek, dat het bestuur van de Nederlandse Organisatie voor de Geitenfokkerij (www.geiten.org) organiseerde naar de boergeiten die gestald staan aan de universiteit van Göttingen in Duitsland. Een bus met zo’n 40 belangstellende leden van de NOG reisde toen af om informatie te krijgen over en zich te oriënteren op dit geitenras, dat haar oorsprong heeft in Zuid Afrika. Nazaten van naar Zuid Afrika geëmigreerde Nederlandse boeren fokten daar een geitenras dat wereldwijd bekend staat om zijn superieure eigenschappen voor vleesproductie: de “Zuid Afrikaanse Boerbok” (het Zuid Afrikaanse woord voor geit is bok). Boergeiten zijn vanwege deze eigenschappen dan ook verspreid over elk wereldcontinent. Van de belangstellenden die meegingen naar Göttingen zijn er inmiddels veel die boergeiten houden en nu meehelpen aan het verbeteren van dit ras in Nederland.

Ook collega fokkers uit mijn regio, Gerard Koekkoek (Lemelerveld) en Alex van Veen (Geerdijk), importeerden in februari 2004 enkele drachtige dieren van de universiteit in Göttingen. In 2006 ontving ik van Gerard Koekkoek  mijn eerste boergeit in geitenstal “De Kruper”. Het was Seattle, één van de uit Göttingen geïmporteerde dieren. In de loop van de tijd kocht ik er een aantal bij en begin 2009 gingen we helemaal over op boergeiten door een ruil die Gerard en ik maakten: mijn Witte geiten verhuisden naar zijn stal in Lemelerveld en zijn Boergeiten kwamen naar mijn stal in Haarle. Door de opstart van een eigen bedrijf had ik niet meer de regelmaat die hoort bij het melken van geiten, wat de reden was van het overgaan op het stamboekras binnen de NOG dat niet gemolken hoeft te worden: de Boergeit.  In 2012 werd nagenoeg de gehele geitenstapel vervangen door een groepje geiten dat gekocht werd van Piet Weessies in Bunschoten, aangevuld met enkele geiten van Gerard Bos uit Ankeveen. Eind 2013 werden alle geiten noodgedwongen verkocht doordat tijdelijke gezondheidsproblemen hierom vroegen. In 2014 werd weer een start gemaakt met twee geiten: Krupers Eva, die terugkwam naar de geboortegrond in Haarle en Calluna 018, die ik kon kopen van Gerard Bos uit Ankeveen. Later dat jaar kocht ik Billy B4 als geitlam.

Inmiddels zijn we weer een stapje verder. Billy B4 is er nog steeds (zij vormt de B-moederlijn). Daarnaast kregen we in 2018 de mogelijkheid twee moederlijnen te importeren uit Engeland: 2 geitlammeren (Dalbury Evan en Dalbury Elle) uit een Australische moederlijn, gekocht bij Ian Johnson uit Dalbury Lees. Ze waren als embryo in Engeland gekomen uit de Micathel-fokkerij van Marie Barnes uit Australië (zij vormen onze M-moederlijn). Verder kon ik een geitlam kopen, Topknor Shelley, gefokt door Topknot-fokster Nicola Knott uit Suffolk, ook met Australische voorouders (onze T-moederlijn). Op onderstaande foto’s zie je een nakomeling uit elk van deze drie moederlijnen, achtereenvolgens Krupers Elzire B21 (op foto 3 maanden oud), Krupers Sofie M20 (op foto 1 jaar oud) en Krupers Hieke T20 (op foto 3 maanden oud), gevolgd door twee bokken uit stal de Kruper die bij andere fokkers dekdiensten vervulden: Krupers Hein en Krupers Ferdy T20. Bij zowel Ian Johnson als bij Nicola Knott kochten we met 3 andere fokkers, Niko en Janny den Braber (Leerdam), Erik Roelofsen (Opheusden) en Alex van Veen (Geerdijk), in 2018 ook nog 4 bokken, alle vier met Australische achtergrond (in Australië is het in de jaren ’90 onder strenge quarantainevoorwaarden mogelijk geweest materiaal te kopen in Zuid Afrika. Daarmee is daar een flinke sprong in kwaliteit gemaakt). Het betrof Dalbury Efran en Dalbury Edra van Ian Johnson en Topknot Niall en Topknot Quantum van Nicola Knott.

Krupers Hein
Krupers Hein (Knoalster Lucius x Billy B4)
Krupers Ferdy T20
Krupers Ferdy T20 (Dalbury Edra x Topknot Shelley)

Door alle fokkers in de gelegenheid te stellen gebruik te maken van de nakomelingen van nieuwe aangetrokken bloedlijnen kunnen we in de Nederlandse context een te grote verwantschap binnen onze kleine boergeit populatie voorkomen. Er zijn een handvol fokkers die actief zijn met het aantrekken van vers bloed. Naast de al genoemde 3 fokkers is ook Engel Kupers (Nieuwe Pekela) al sinds het begin van de boergeitfokkerij op zoek naar verse bloedlijnen van goede kwaliteit.

Inmiddels zijn we zover dat we medio 2022 onze geiten insemineren met vers Australisch bloed uit de fokkerij van Richard Zidarew en Tracey Wood van Pacifica Boergoat stud in NSW. Samen met twee andere fokkers, Rinie Raaijmakers (Asten) en Jan Bausch (Ankeveen), hebben we 60 rietjes sperma aangekocht van Pacifica Alan, Pacifica Tipper en Pacifica Kaiser, die we er uit een ruimer aanbod van bokken uit selecteerden.

Pacifica Alan
Pacifica Tipper
Pacifica Kaiser

Visie op fokkerij.

Wij willen geiten fokken die probleemloos hun lammeren ter wereld brengen. Tot nu toe hebben we weinig problemen gehad bij het lammeren. De geiten moeten goede moedereigenschappen hebben (ze moeten probleemloos twee lammeren groot kunnen brengen) en bij een normaal rantsoen goede groei-eigenschappen laten zien. Wanneer onze geiten meer dan twee lammeren geven, dan brengt ze er zelf twee groot en fokken we de overige lammeren op aan een verwarmde lambar.

Er zijn voor de hobbyfokkerij spenen van het merk HIKO in de handel met een slangetje met terugslagklep, dat in een emmertje warme melk gehangen kan worden. Dit emmertje drijft in een grotere geïsoleerde emmer met verwarmd water dat warm gehouden wordt met een aquarium verwarming met thermostaat. Ook kun je dit geheel als systeem kopen (lambar drinkautomaat bij de firma Schippers, https://www.schippers.nl/lambar-drinkautomaat-1506024.html ).

De bokken die we zelf goed vinden voor de stamboekfokkerij vinden vaak hun weg naar collega fokkers, mede omdat er daarmee vers bloed beschikbaar komt in de Nederlandse populatie Boergeiten. Geitlammeren zijn vaak al verzegd voor ze geboren worden. Dieren die over blijven eten we op.

Foto: Ian Johnson

Gezondheidsstatus geitenstal “De Kruper”.

Sinds 2003 is onze stal onafgebroken gecertificeerd doordat we vrij zijn van de ziekten CAE (Caprine Arthritis Encephalitis) en CL (Caseous Lymphadenitis). Ook enten we de dieren tegen de ziekte “het bloed” (clostridium), een ziekte waarvoor ook boergeiten vatbaar zijn. Dit wordt jaarlijks herhaald. Daarnaast worden de dieren geënt tegen Q-koorts.

Verder bestaat in Nederland sinds september 2020 de mogelijkheid geiten te laten onderzoeken op gevoeligheid voor het ontwikkelen van scrapie. In maart 2021 hebben we van alle geiten en bokken het DNA laten bepalen. De meeste dieren zijn ongevoelig, wat ze geschikt maakt voor export. De komende jaren werken we aan een geheel scrapie ongevoelige geitenkudde, waarbij ons devies is: eerst type en bouw, dan DNA-profiel. We nemen de tijd.

Geen reacties meer mogelijk.